Pranic Healing is een oude wetenschap en kunst van healing waarbij levensenergie wordt gebruikt om het gehele lichaam te helen (1). Deze energetische behandelmethode en levensstijl heeft zich wereldwijd verspreid. De grondlegger, Master Choa Kok Sui, was een wetenschapper (chemisch ingenieur), een zakenman en vanaf jonge leeftijd geïnteresseerd in energie, spiritualiteit en yoga. Hij heeft jarenlang onderzoek gedaan naar levensenergie – in het Sanskriet ‘prana’ genoemd – en verschillende oude Oosterse geneeswijzen bestudeerd. Bij de totstandkoming van Pranic Healing is uitgebreid geëxperimenteerd welke technieken succesvol zijn, hoe deze toegepast kunnen worden om gezondheid te bevorderen en wanneer de beste resultaten worden bereikt. In dit artikel gaan we in op wat Pranic Healing is en de bevindingen van wetenschappelijke studies naar deze behandelmethode.

Pranic Healing

In zijn laboratoriumstudies (2001, 2006) (2,3) naar het mediation-effect van Pranic Healing op menselijke cellen in kweek die bestraald werden met gammastralen, beschrijft professor Joie P. Jones Pranic Healing als volgt: ‘het is een zogenaamde biofield-therapie die duizenden jaren geleden is ontstaan in China en die recentelijk herontdekt en opnieuw geformuleerd is door Master Mei Ling (6e eeuw) en Master Choa Kok Sui (20e eeuw).

Het is een bepaald type energetische geneeswijze waarbij de beoefenaar gelooft dat hij/zij gebruik kan maken van “prana” of “chi”, de “universele kracht” of “levensenergie” en deze “energie” kan gebruiken om gezondheid te verbeteren of bevorderen’.

Pranic Healing is gebaseerd op twee basisprincipes of natuurwetten (1), namelijk:

  • Het principe van levensenergie

Prana, chi, ki, ruah, pneuma zijn allen synoniemen voor hetzelfde principe, namelijk het aanduiden van levensenergie. Levensenergie wordt in vele tradities (4) erkend als een onzichtbaar, subtiel aspect van de fysieke realiteit, in de natuur aanwezig en wordt door onder andere planten, dieren en mensen gebruikt (5). Prana zouden wij nodig hebben om te leven, het doordringt ons materiële, tastbare fysieke lichaam en stroomt door en om ons lichaam als een essentiële bron van leven en energie (1).

  • Het principe van zelfherstel

Het lichaam heeft een mechanisme, een zelf herstellend vermogen om bij disbalansen, op ogenschijnlijk wonderbaarlijke wijze de balans te herstellen en zo het lichaam te genezen. Dit merken wij op wanneer we bijvoorbeeld verkouden zijn. Gemiddeld genomen duurt een verkoudheid enkele dagen tot enkele weken en dan zijn we hersteld, ook zonder een externe ingreep, zoals medicijnen of kruidentherapie. Bij een snijwond is het gebruikelijk, afhankelijk van de diepte en soort wond, dat deze vanzelf stopt met bloeden en dicht groeit. Ook hier is een externe ingreep, bij een wond die niet gehecht hoeft te worden, niet nodig voor herstel van de huid. Dit bewijst dat er zoiets is als een zelf herstellend vermogen.

Om zelfherstel mogelijk te maken, is er een balans van levensenergie nodig en een optimale stroming van deze prana. Energetische behandelwijzen richten zich op het bevorderen van deze stroom van levensenergie om de balans hiervan te herstellen en zo het zelf herstellend vermogen van het lichaam te stimuleren. Hierdoor kan, in de juiste omstandigheden, het lichaam sneller herstellen dan zonder energetische behandeling. Pranic Healing is hiermee een aanvulling op een willekeurige andere therapie (van reguliere geneeskunde tot massage en psychotherapie) en géén vervanging, aangezien de behandeling in essentie op een ander aspect van de mens gericht is, namelijk het energetische lichaam.

Anatomie en fysiologie van het energielichaam

Volgens Master Choa Kok Sui (1) zijn er twee aspecten van het fysieke lichaam:

  1. Het zichtbare, tastbare, materiële lichaam
  2. Het onzichtbare, bioplasmische, energetische lichaam.

Dit laatste aspect, het energielichaam, wordt nog niet erkend in de allopathische biogeneeskunde (4) maar wordt al eeuwenlang erkend in onder andere Oosterse tradities, esoterische studies en therapieën als acupunctuur, reiki en medische Chi Kung.

Het energielichaam bestaat uit meerdere lagen, het heeft zogenaamde energiecentra die ook wel chakra’s worden genoemd en bevat energiebanen of meridianen of nadi’s (1). Dit subtiele lichaam met meerdere lagen bevat prana wat door de energiecentra wordt opgenomen, gedistribueerd via de energiebanen en weer uitgestoten via de chakra’s. Blokkades in de energiebanen zorgen voor disbalans en dit leidt tot fysieke, emotionele en/of mentale klachten.

Pranic Healing, net zoals andere healing modaliteiten, richt zich op het herstellen van de balans in het energielichaam, wat een helend effect heeft op het fysieke lichaam.

Wetenschap en Pranic Healing

In 2008 heeft het ‘World Health Organisation Congress on Traditional Medicine’ de “Beijing Declaration” geadopteerd waarin aangesloten staten worden opgeroepen om traditionele en zogenaamde alternatieve geneeswijzen te integreren in de nationale gezondheidssystemen (7).

De Westerse wetenschap begint zich ook steeds meer te interesseren en verdiepen in het bestaan van het bioplasmische lichaam of energielichaam en de therapeutische mogelijkheden van de kennis en toepassing van subtiele energie (6).  Gronowicz et al. (2015) schrijven: ‘More than a half-century of preclinical research into the efficacy of human biofield modalities has effectively demonstrated significant results, but there remains great reluctance on the part of conventional biology and medicine to embrace biofield research.’ De auteurs denken dat dit komt doordat de paradigmatische aannames van conventionele biologie en geneeskunde vaak op gespannen voet staan met sommige aspecten van het onderzoek naar het bioplasmische veld. Het heeft volgens hen niks te maken met het vermogen van de onderzoekers om te voldoen aan aanvaardbare wetenschappelijke normen.

In 2012 onderzochten Jauregui et al. (7) het gedocumenteerde gebruik en de waargenomen voordelen van Pranic Healing bij cliënten (n=179). Het doel van deze exploratieve studie was om verwachtingen en demografische gegevens van cliënten, de redenen voor het gebruik van Pranic Healing, de sensaties tijdens de behandelingen en de ervaren uitkomsten in kaart te brengen. De resultaten laten zien dat personen die Pranic Healing behandelingen ondergaan passen in het sociodemografische profiel ‘CAM (Complementary and Alternative Medicine) users’ (een profiel dat in de US gebruikt wordt), dat de redenen voor gebruik uiteenlopen en niet homogeen zijn en dat respondenten positieve resultaten ervaren die zij toeschrijven aan deze healing modaliteit.

Een ander wetenschappelijk onderzoek betreft een ‘case study’ naar het effect van Pranic Healing bij een borstkankerpatiënt (8). Tsuchiya & Motoyama (2009) hebben metingen gedaan naar de veranderingen in huidgeleiding (elektrodermaal) op specifieke acupunctuurpunten tijdens vier verschillende Pranic Healing behandelingen. ‘AMI’ (Apparatus for Meridian Identification) parameters werden gebruikt om dit in kaart te brengen. ‘The AMI performs electrodermal measurement at specific acupuncture points called “Jing-Well points” (called “Sei-points” in Japanese) which are located at the base of fingers and toe nails. They are said to be special in that they are the terminal points of meridian channels at which the “Qi” energy exits or enters the channels’. Ze vonden significante veranderingen in de stroomrichting van de energie en de hoeveelheid energie gerelateerd aan de intentie van de Pranic Healer. Deze studie toont aan dat manipulatie of aanpassing van subtiele energie mogelijk is middels deze ‘non-touch’ energie healing.

Een laatste voorbeeld van wetenschappelijk onderzoek naar Pranic Healing is een ‘single-blind control study’ naar de effecten van deze healing methode bij pijn aan het bewegingsapparaat (9). Vijftig cliënten die langer dan zes maanden chronische, niet maligne spierpijn hadden, werden gerandomiseerd verdeeld in twee groepen. Jain et al (1999) vergeleken het onmiddellijke effect van Pranic Healing versus een placebo behandeling waarin onwillekeurige handbewegingen werden gemaakt. Ze concludeerden dat wanneer Pranic Healing in een gestandaardiseerd protocol voor 25 minuten werd uitgevoerd door een getrainde Pranic Healer effectief is in het reduceren van de pijn vergeleken met het 25 minuten willekeurig bewegen van de handen.

Het wetenschappelijk onderzoek naar Pranic Healing is groeiende en naast bovengenoemde studies zijn er artikelen over hoe Pranic Healing helpt bij psychologische aandoeningen zoals een depressie (10) en hoe acupunctuur en Pranic Healing elkaar aanvullen (11).

“Miracles are fantastic events which utilize hidden laws of nature that most people are not aware of. Miracles do not break the laws of nature, they are actually based on them!”

Master Choa Kok Sui

 

Artikel door Eef Bons-Joshi

Literatuur

  1. Choa Kok Sui, M. (1987). Miracles through Pranic healing (4th ed.)
  2. Joie P. Jones (2006). An Extensive Laboratory Study of Pranic Healing Using Contemporary Medical Imaging and Laboratory Methods. Professor of Radiological Sciences University of California, Irvine. Invited Presentation for the Seventh World Pranic Healers’ Convention Mumbai, India, May 12-14, 2006
  3. Joie P. Jones (2001). Neurophysiological Measurements of Pranic Healing Using Functional Magnetic Resonance Imaging (fMRI). Department of Radiological Sciences University of California Irvine
  4. Levin, J. (2008). Esoteric healing traditions: a conceptual overview. Explore, 4: 101-112, © Elsevier Inc. 2008
  5. Jois SN, D’Souza L, Rajini A, et al. (2017). Psychological and bioplasmic states of adolescents upon viewing air and ground prana. Indian J Tradit Know 2017; 16, S30–S34
  6. Gronowicz G, Bengston W & Yount G (2015). Challenges for preclinical investigations of Human Biofield modalities. Global Adv Health Med. 2015; 4(suppl): 52-57
  7. Jauregui M, Schuster TL, Clark MD, & Jones JP (2012). Pranic Healing: Documenting Use, Expectations, and Perceived Benefits of a Little-Known Therapy in the United States. Journal of Scientific Exploration, Vol. 26, No. 3, pp. 569–588, 2012
  8. Tsuchiya, K., & Motoyama, H. (2009). Study of the body’s energy changes in non-touch energy healing 1: Pranic healing protocol applied for a breast cancer subject. Subtle Energies and Energy Medicine Journal, 20: 15–29
  9. Jain, A., Nagarathna, R., Nagendra, H. R. & Shirley Telles (1999). Effect of ‘pranic’ healing in chronic musculoskeletal pain – a single blind control study. Vivekananda Kendra Yoga Research Foundation, Bangalore, India
  10. Rajagopal R, Jois SN, Majgi SM, Kumar MNA & Shashidhar HB (2018). Amelioration of mild and moderate depression through Pranic Healing as adjuvant therapy: randomised double-blind controlled trial. Australasian Psychiatry 2018, Vol 26(1): 82 –87
  11. Calva JJ, Mendoza GJ & Shu Wang MD (2017). Integrating the Zen Fu Organs of Traditional Chinese Medicine with the Chakras of Pranic Healing. The Journal of Acupuncture and Oriental Medicine 2017, Vol 4 (2)

Voor een uitgebreide beschrijving van de anatomie en fysiologie van het energielichaam en de chakra’s raadpleeg de boeken ‘Miracles through Pranic Healing’, ‘Advanced Pranic Healing’, ‘Pranic Psychotherapy’ en ‘The Chakras and their Functions’ van Master Choa Kok Sui.

Categories: